donderdag, juni 28, 2007

 

Groene Raffinaderij Haps

Het project Groene Raffinaderij Haps bestaat uit drie pijlers.

1. Mest verwerken en bewerken door de Mest Initiatief Combinatie (MIC)
2. Bioraffinage (bijvoorbeeld raffineren van gras)
3. Afvalmining (Verwerken van afval tot grondstof)

Op dit moment wordt door ingenieurs bureau Ingenia uit Eindhoven samen met Wageningen Universiteit en de TU/e een positionpaper geschreven. Dit document geeft een visie op kansen en mogelijkheden van deze drie pijlers separaat zowel als integraal systeem.

Een van de pijlers is locaal flink in de belangstelling komen te staan omdat de locale bevolking afvalmining als mogelijke oplossing ziet voor het Regionaal bedrijven Terrein wat in hun ogen te kort bij de dorpskom komt.

Zie artikel Gelderlander van deze ochtend:

Provincie: Hapse belt geen proef

De vuilnisbelt in Haps is niet geschikt als locatie voor een proef met afvalmining, het volledig afgraven van een stortplaats.

Dat vindt het provinciebestuur van Brabant. De fractie van D66 in Provinciale Staten had om zo'n proefproject in Haps gevraagd. Er komt waarschijnlijk wel een proef in Brabant, maar waar, is nog niet bekend. De provincie overlegt daarover met de Brabantse Ontwikkelingsmaatschappij (BOM) en enkele bedrijven. Volgens milieugedeputeerde Onno Hoes is Haps niet geschikt, omdat die belt nog niet volledig is afgesloten. Er wordt nu weliswaar niet gestort, maar de mogelijkheid bestaat nog steeds. "Er is nog een restcapaciteit van 600.000 ton afval. Essent, de eigenaar, heeft daar een milieuvergunning voor gevraagd en die hebben wij op 7 juni verleend", zegt Hoes. Een woordvoerder van Essent bevestigt dat het bedrijf met de vergunningaanvraag de restcapaciteit zeker heeft willen stellen. "Stortcapaciteit is een zeer schaars goed", aldus de woordvoerder. "Dat we weer een vergunning hebben, betekent niet dat we dit jaar weer gaan storten.

Ook wij houden de ontwikkelingen rond afval-mining goed in de gaten. We zijn nog steeds zeer sceptisch over de economische haalbaarheid van afgraven. Maar als uit onderzoek blijkt dat er wel positieve resultaten te boeken zijn, zullen we daar met veel interesse naar kijken."De gereserveerde houding van Essent was de milieugedeputeerde ook al opgevallen. "Als er geld mee te verdienen was, had Essent de belt allang afgegraven", aldus Hoes. Het provinciebestuur neemt voorlopig een afwachtende houding in. "De Cuijkse raad wil een haalbaarheidsonderzoek. Dat is prima en dat wachten wij met interesse af. We zullen ook initiatieven uit de markt in de gaten houden. Voorlopig kijken we de kat uit de boom. Maar de deur staat open", zegt de milieugedeputeerde. Wethouder Jan Donkers van Cuijk zei gisteren dat een eerste aanzet voor het haalbaarheidsonderzoek in de maak is en dat de BOM en het ministerie van Landbouw daaraan meewerken. Inwoners van Haps hopen dat de belt kan worden afgegraven en dat op de vrijkomende grond de industrie komt die nu dicht bij de kom is gepland. Gelderlander 28 juni 2007.

vrijdag, juni 22, 2007

 

Schaarse ruimte roept discussie op

Regio eist meer bedrijfsgrond

De provincie Brabant heeft zich de woede op de hals gehaald van Boxmeer, Cuijk, Grave, Mill en Sint - Hubert en Sint Anthonis. Tot 2020 krijgt het Land van Cuijk niet meer dan 26 hectare grond toegewezen die als bedrijventerreinen mag gaan fungeren.

De vijf gemeenten vinden de 260.000 vierkante meter 'veel te weinig'. Ze zeggen zeker ruim 200 hectare nodig te hebben. En hebben Gedeputeerde Staten, het dagelijkse bestuur van de provincie, daarover een boze brief gestuurd. Ook laten ze het Nijmeegs-Haagse adviesbureau Buck Consultants International een studie (kosten 22.520 euro) schrijven om de provincie haar ongelijk attent te maken. Burgemeester Jos Verbeeten van Sint Anthonis is woest op de provincie. "Wij hebben nu al geen meter grond meer uit te geven, dus laat staan straks. Als we nou vele honderden hectares claimden, maar we willen bescheiden groei. Bovendien: gemeenten moeten reserveruimte achter de hand hebben." Zo'n kavelbuffer acht hij bittere noodzaak.

"Omdat ondernemingen willen verhuizen binnen de gemeentegrenzen of verplaatst moeten worden. Sterker: wij hebben een transportbedrijf van Oploo naar Boxmeer zien vertrekken omdat we geen grond hadden. En zo is Sint Anthonis Metaal naar Cuijk gegaan. Zonde, want het is een hoogwaardig metaalbedrijf met veel medewerkers uit Sint Anthonis."De vijf hebben de handen ineengeslagen en praten naar Verbeetens zeggen met één mond. Klopt, betoogt de Cuijkse wethouder van Economische Zaken, Ko Kroet. "Onbegrijpelijk, dit geluid. De Laarakker in Haps is alleen al 52 hectare en staat gepland voor 2010. Sterckwijck in Boxmeer moet 20 é 30 hectare worden. Hoe kun je dan op 26 hectare uitkomen voor de eerstvolgende dertien jaar?"In Kroets optiek mag Cuijk zich in de regio nog gelukkig prijzen. "Wij hebben De Beierd en 't Riet, waar nog zeer beperkte leegstand kan worden opgevuld.

Maar het toekomstige bedrijvenpark Groot Heiligenberg, bij de brandweerkazerne, loopt als een trein. De interesse is groot en daarna hebben we een echt probleem. Vertrekkende bedrijven zijn het gevolg en dat zal rampzalig zijn." Gelderlander 21 juni 2007.

donderdag, juni 21, 2007

 

Voormalige stortplaats Vlagheide krijgt herbestemming



Voormalige stortplaats Vlagheide ligt in drie gemeenten die ieder in een ander reconstructiegebied liggen. De gemeenten hebben samen een visie ontwikkeld om dit gebied te revitaliseren. Ondernemers spelen hierbij een belangrijke rol. Ruime tijd geleden werden ze uitgedaagd om plannen in te dienen. Inmiddels is er een proces van onderop opgang gekomen waarbij diverse ondernemers met elkaar zijn gaan samenwerken en gezamenlijk een plan ingediend hebben.

Oude stort is inspirerende omgeving

Een voormalige stortplaats geen inspirerende omgeving? Integendeel. Er zijn liefst 38 projecten ingediend om iets te doen met De Vlagheide in Schijndel, of de directe omgeving daarvan. Deze lopen zeer uiteen: van een golfbaan tot motorcrossterrein, van een camping tot woningen voor gehandicapten, van een eendenkooi tot schapenweide en van een landgoed tot duurzame landbouw/natuurontwikkeling.

De één is wat concreter dan de ander. "Sommige initiatiefnemers beschikken al over een bedrijfsplan, anderen hebben drie regels op papier gezet", weet Peter Prins. Hij is door de provincie en de drie gemeenten rond De Vlagheide, Schijndel, Veghel en Sint-Oedenrode ingehuurd om deze projecten van de grond te helpen tillen. Gisteravond was belangrijk voor Prins. In De Brink in Eerde was een informatiebijeenkomst, waarbij vier organisaties zich presenteerden. Mogelijk is de vonk ook overgeslagen op de twijfelaars.Wie niet meer over de streep getrokken hoeft te worden, is de Coöperatie Vlagheide.

Daar zitten vijf bedrijven rond de oude stort achter: Gebroeders van Rijbroek uit Eerde, een loon- en grondverzetbedrijf; de Schijndelse bouwonderneming Bouwcomfort; Ploegmakers Cultuurtechniek en Food Ingredients uit Eerde; het Haaftense Optifield, een adviesbureau voor landelijk gebied dat oorspronkelijk uit Eerde komt; het Schijndelse milieuadviesbureau MILON.Volgens directeur Patrick Trikels van MILON zijn de eerste contacten gelegd in het Schijndelse gemeentehuis, waar de bedrijven een presentatie van hun afzonderlijke projecten gaven. Zo had Trikels plannen voor een park met extensieve recreatie bij De Vlagheide, met wandelen, fietsen, paardrijden, speelgelegenheden en een golfbaan met achttien holes. "Wat we met de coöperatie willen, is een heel groot gedeelte van het gebied van het Masterplan Vlagheide ontwikkelen.

Dat zijn een paar honderd hectare, met centraal de golfbaan", vertelt Trikels. "Nee, die grond is niet helemaal in eigendom van ons. Het doel van de coöperatie is een paraplufunctie. Ik denk dat het goed zou zijn als geld, dat wordt verdiend met de krenten uit de pap, terugvloeit naar de coöperatie voor initiatieven die niet genoeg opleveren. Bijvoorbeeld door iets te bouwen, om daarna een vlindertuin aan te kunnen leggen." Inmiddels heeft de groep zo'n 25 mensen gevraagd zich aan te sluiten. Bijna allen vonden het een goed idee, aldus de MILON-directeur: "Niet elkaar beconcurreren, maar samenwerken."Nog niet zo happig om zich bij de coöperatie aan te sluiten, is Jan Dekkers uit Sint-Oedenrode. De voormalige varkenshouder heeft plannen om op zijn terrein aan de Damianenweg twee trekkershutten te bouwen en een vleermuizenkelder aan te leggen. "Misschien word ik in een later stadium nog wel lid. Maar we hebben meer plannen, die niet altijd stroken met die van de coöperatie."

Zo is Dekkers ook betrokken bij de bouw van vier windmolens en stallen voor 300.000 vleeskuikens, op de grens met Schijndel. Een bijzonder initiatief is dat van een melkveehouder aan de Wolvensteeg in Sint-Oedenrode. Samen met zijn buurman, een glastuinbouwer, wil hij een biogasinstallatie plaatsen. Die wekt biogas op door organische producten te vergisten. Met het gas wordt stroom geproduceerd die geleverd wordt aan het net in Sint-Oedenrode, terwijl de vrijkomende restwarmte volledig wordt gebruikt in de tuinbouwkas van de buurman. Brabantsdagblad 20 juni 2007.

dinsdag, juni 19, 2007

 

Cuijk en Grave aan de slag met kerstidee

Het was een oude wens van de gemeente Cuijk en de gemeente Grave om iets met elkaar op poten te zetten waardoor beide plaatsen aan de maas met elkaar verbonden worden. De Maas zou er onderdeel van uit moeten maken. Het steekhuis benaderde diverse partijen en merkte dat er draagvlak was om met elkaar samen te werken. Afgelopen vrijdag waren de ondernemers verenigingen van Cuijk en Grave, de horeca verenigingen van Cuijk en Grave en een afvaardiging van Olie & Stoom te gast in het streekhuis. Tevens waren aanwezig ondernemer Huib Niessen uit Cuijk en onderneemster Jolanda van de Venne uit Grave. Een werkgroep werd samengesteld die met de uitvoering van een idee aan de slag gaat. De ondernemersverenigingen en de horecaverenigingen uit beide plaatsen hebben aangegeven mee te willen helpen om van het initiatief een succes te maken. Voor meer informatie zie het kranten artikel wat vandaag in de Gelderlander verscheen hieronder.

Kerststoomtocht over de Maas

Een Anton Pieck - achtige uitstraling moet het krijgen. Een lint van kleurig verlichte stoomboten op de Maas, tussen Grave en Cuijk.

Aan boord de ene dag Gravenaren die de Midnightshopping in Cuijk gaan bezoeken. Op de andere dag Cuijkenaren die richting Grave varen om daar over een feestelijke kerstmarkt te flaneren. Het is een idee van Jolanda van de Venne uit Grave en het kan rekenen op een positief onthaal bij winkeliers in de twee Maasstadjes. Van de Venne organiseert op zondag 16 december voor het eerst een kerstmarkt in het historische stadscentrum van Grave. "In Anton Pieckstijl. Dat was de enige voorwaarde die ik stelde voordat ik de organisatie op me nam." Van der Venne heeft ervaring met het organiseren van kerstmarkten op het inmiddels gesloten Graafse tuincentrum Van der Venne.

Doel is de Graafse kerstmarkt koppelen aan de kerstkoopavond in Cuijk. Dat is de Midnightshopping op zaterdag 15 december. De inwoners van de twee plaatsen moeten over en weer de winkelcentra gaan bezoeken, zo is het plan. Een sfeervolle boottocht over de Maas, in authentieke stoomboten, moet het bezoek aan de andere plaats aantrekkelijk maken.Vrijdag is de knoop doorgehakt over deze nieuwe vorm van samenwerking tussen winkeliers van Grave en Cuijk. Aan de verlichte stoombotenoptocht wordt meegewerkt door de Sociëteit Olie en Stoom (SOS). Dat is een regionale club van liefhebbers van oude stoomsleepboten.

De Cuijkse reder Huub Niessen doet ook mee. Hij trekt de kar voorlopig vanuit Cuijkse kant. Zijn partyboot, de Jan van Cuijk, zal meevaren omdat de sleepboten zelf niet al te veel capaciteit hebben. Niessen hoopt dat ook plezierjachtjes zullen meevaren. "Dat wordt een kleurig gezicht, al die verlichte bootjes." Met de initiatiefnemers hoopt Niessen dat het niet bij deze ene keer blijft. Nog mooier zou zijn als de ondernemers in beide plaatsen de kerststoomtocht aangrijpen om zelf met initiatieven te komen. "Als winkelier moet je toch leuke dingen kunnen verzinnen die aansluiten op zo'n boottocht in kerst- sfeer", zegt Niessen. Begin augustus start de sponsorwerving. Gelderlander 19 jun 2007.

vrijdag, juni 15, 2007

 

Voortgang Rest-O-Super

De afgelopen maanden is er hard gewerkt aan het schrijven van een bedrijfsplan. De ideeën van het consortium van samenwerkende bedrijven (Van Tol retail, Peter Peters projectontwikkeling, Pantein Wonen en ROC de Leijgraaf) zijn door MKB bedrijfsadviseurs uitgewerkt in een bedrijfsplan. Het plan zal nog voor de zomer bij de provincie ingediend worden met een verzoek om subsidie. Omdat het concept uitrolbaar moet zijn is de subsidie niet bedoeld voor de exploitatie. De subsidie is alleen nodig voor de opstartkosten van de eerste testwinkel in Vianen. De gemeente Cuijk heeft een deel van de kosten van het schrijven van het bedrijfsplan voor haar rekening genomen. Met de provincie zijn besprekingen geweest over de beoogde locatie. Aangezien hiervoor een bestemmingsverandering nodig is is de gemeente door de provincie gevraagd een gebiedsvisie op te stellen. De leden van het consortium hebben zich bereid verklaard minimaal 50% van de kosten te financieren. Een belangrijk deel van het ontbrekende bedrag hoopt het consortium binnen te halen middels de beoogde subsidie. Daarnaast wordt er gedacht aan een systeem om toekomstige klanten te laten participeren. Deze kunnen bijvoorbeeld voor een bepaald bedrag certificaten aanschaffen. Als tegenprestatie krijgen ze dan bijvoorbeeld jaarlijks 10% van de waarde van het certificaat aan gratis boodschappen. De mate van participatie is een belangrijke graatmeter voor de slagingskans van het initiatief.

Rest-O-Super is een van de vele projecten welke door het uitvoeringsteam reconstructie vanuit het Streekhuis Peel & Maas te Cuijk de afgelopen twee jaren opgestart zijn. Dit uitvoeringsteam is een initiatief van de provincie Noord-Brabant en negen samenwerkende Noordoost Brabantse gemeenten. De Reconstructie heeft als doel de leefbaarheid van het platteland te waarborgen en waar mogelijk te verbeteren. Naast projecten die zich richten op waterhuishouding, natuur en het verplaatsen van agrarische bedrijven worden sociaal-economische projecten opgestart. Rest-O-Super is een voorbeeld van een sociaal-economisch project vergelijkbaar met bijvoorbeeld de bouw van een dorpshuis wat de leefbaarheid van een kleine kern positief moet beïnvloeden. Als de proefwinkel een succes wordt is het de bedoeling er een nieuwe landelijke formule van te maken welke zich speciaal richt op kleine kernen met 1000 tot 2000 inwoners.

Zie ook:
http://reconstructiepeelenmaasnieuws.blogspot.com/2006/02/rest-o-super.html

maandag, juni 11, 2007

 

Beoefenaars geluidsport kunnen wensen kenbaar maken

"Veel gemeenten kampen met problemen rond motorcrossterreinen. Het saneren van illegale motorcrossterreinen wordt ter hand genomen door de mogelijkheden te onderzoeken voor het realiseren van een goed gesitueerd laagdrempellig regionaal motorcrossterrein in de omgeving van het vliegveld Volkel. Ook gebruikers van bestaande legale motorcrossterreinen kunnen hier naar toe".

Deze tekst in het reconstructieplan bied een handreiking om naar een oplossing te werken die alle partijen past. De overheid is bereid haar medewerking te geven om tot een goed geoutilleerd oefenterrein te komen. Het streven is een plan te maken waarbij motorsportverenigingen bereid zijn geluid te "exporteren" naar het gebied bij vliegveld Volkel. Uit gesprekken met vertegenwoordigers van de verenigingen is gebleken dat men er bijzonder aan hecht om enkele malen per jaar een wedstrijd te kunnen blijven organiseren. Deze wedstrijden zijn namelijk de kern van het bestaan van deze verenigingen. Met hulp van een groot aantal vrijwilligers uit het dorp waar de vereniging is gevestigd worden deze wedstrijden georganiseerd. Het niet toe staan van enkele wedstrijden op de thuisbasis is de bijl aan de wortels van de verenigingen. En hier is volgens insiders niemand mee gebaad. De verenigingen hebben namenlijk een belangrijke functie om te voorkomen dat het fenomeen wildcrossen zich uitbreid. Door in clubverband te crossen is er meer sociale controle waardoor wildcrossen beperkt wordt. Zouden de verenigingen verdwijnen als gevolg van het niet kunnen of mogen organiseren van enkele wedstrijden dan zal het fenomeen wildcrossen naar verwachting toenemen. Het trainen zou bij voorkeur op het oefenterrein naast de vliegbasis kunnen gebeuren. Door de locatie aantrekkelijk te maken voor de beoefenaars van geluidsport zullen deze gestimuleerd worden van de nieuwe locatie gebruik te maken. Het streekhuis heeft de MON ( Motor Sport Organisatie Nederland) gevraagd een plan op te stellen waar een modern en aantrekkelijk oefenterrein aan moet voldoen. Met moet dan denken aan bijvoorbeeld een modern elektronisch waarschuwingssystemen dat achteropkomende crossers waarschuwt als er een crosser gevallen is. Maar men kan ook denken aan bedrijfruimten voor ondernemers die gespecialiseerde diensten aanbieden aan de beoogde doelgroep. Bijvoorbeeld cursussen motortechniek en cursussen voor aspirant beoefenaars van geluid sport. Kortom zaken die van het nieuwe terrein een unieke locatie maken en die een aanzuigende werking hebben op de beoefenaars van geluidsport. Om de kosten voor de sportbeoefenaars laag te houden, een niet onbelangrijk aspect bij het bepalen van de mate van aantrekkelijkheid, zou men kunnen denken aan het toelaten van economische dragers. Het project kan een voorbeeld worden voor een ontwikkelingsgerichte aanpak. Niet één element is doorslaggevend maar het eindresultaat telt.

Over de nadelen van wildcrossen werd onlangs het volgende artikel in de Gelderlander gepubliceerd.

Hardere aanpak van wildcrossers

Boswachters en politie hebben de handen ineengeslagen om illegale motorcrossers in de regio sneller en directer aan te pakken.

De honderden wildcrossers die volgens boswachter Frank van Kalleveen met hun motoren stelselmatig de regionale bos - en andere natuurgebieden steeds onveiliger maken, worden alsmaar brutaler. "De politie heeft meer mankracht en uren beschikbaar gesteld om de buitengebieden vaker en intensiever te controleren", is de uitleg van Van Kalleveen uit Sint Anthonis. "Crossers die worden gepakt, krijgen nu direct een geldboete aan de broek. Ik heb dat jarenlang niet willen doen. Naar mijn idee had het meer zin om crossers aan te spreken op hun gedrag, ze uitleggen dat scheuren op motoren door bossen echt niet kan. Het helpt niet. Ik deel inmiddels ook boetes uit. Ik voel me geen agent, maar ik heb geen andere keus meer. Een enkele crosser mijdt na een boete de bossen. Alle beetjes helpen in dit geval.". Volgens Van Kalleveen neemt het wildcrossen ernstiger vormen aan. " Niets is meer heilig. Hielden de motorcrossers zich eerder meer in de bosranden op, tegenwoordig jakkeren ze met het grootste gemak over groepskampeerterreinen en speelweiden. Wandelaars en ruiters zijn onderhand nergens meer veilig. Dat geldt niet alleen in de Staatsbossen in Sint Anthonis, maar ook in het Maasheggengebied tussen Oeffelt en Vierlingsbeek, de bossen in Gassel, Mill en Langenboom en landgoed Tongelaar in Mill. De crossers trekken in de bochten de gashendel vaak extra flink open. Juist daar waar het overzicht minimaal is. Het wachten is op ongelukken, die er geheid gaan komen. Paarden slaan nu al regelmatig op hol. Het is niet moeilijk te raden wat er dan allemaal kan gebeuren."Van Kalleveen wil graag overgaan tot een nog hardere aanpak. "In natuurgebied de Maashorst in Uden is een proef gedaan om wildcrossers met zogenaamde spijkerplanken, waardoor de banden lek gaan, tot staan te brengen. Dat had effect. Maar justitie wil dat niet."Dat bevestigt een politiewoordvoerder van het korps Brabant-Noord. "Dat middel is te rigoureus. Crossers hebben daarbij grote kans om letsel op te lopen. Dat is niet de bedoeling." Voor Frank van Kalleveen zijn de grenzen van het wildcrossen al lang overschreden. "Het loopt nu echt de spuigaten uit", verzucht de boswachter die in de Staatsbossen van Sint Anthonis kantoor houdt. "Onlangs hebben we een dassenburcht in Langenboom op het nippertje kunnen redden. De burcht was door crossers bijna volledig vernield. Gelukkig werden we op tijd getipt. Wildcrossers gaan in de bossen zelfs achter de schapen aan. Ongelooflijk. Jarenlang hebben we erover gedaan om een weilandje in Vierlingsbeek dat wij beheren, vrij van distels en brandnetels te houden. Nu groeien daar orchideeën. De laatste tijd ploegt een crosser daar regelmatig de zaak om. Alles wat we weten is dat het een blauwe motor is. Het is moeilijk om crossers op heterdaad te betrappen. Als je ze probeert aan te houden, gaan ze er vaak vandoor. Soms niet. Dan leg je uit waarom dit gecross niet kan. Snappen ze niets van. Dan krijg je te horen dat we hun hobby proberen af te pakken. Van Kalleveen kijkt nergens meer van op. "Pas hield ik bij de bossen in Sint Anthonis zes motorrijders aan. Toen ze hun helm afdeden, bleken het allemaal zestigers te zijn. Ze snapten niet dat ze de bossen niet in mochten. Want ze waren een route aan het rijden die de dwars door de bossen liep. Daar konden ze echt niet van afwijken. En allemaal met-off-the-roadmotoren." Meldingen over illegaal motorcrossen kunnen worden gedaan bij de de provinciale milieuklachtencentrale, die deze week in gebruik is genomen: 073-6812821. Gelderlander 8 juni 2007.

zaterdag, juni 09, 2007

 

Wanroij Biogasdorp van Nederland



Nog meer biogas niet welkom in Wanroij


Wanroij ontwikkeld zich als het biogasdorp van Nederland. De gebr. Aben waren een van de eersten in Nederland met een grote boerderij installatie. Later kwam daar het samenwerkingsverband van boeren 'Cleanergy' bij. En op dit moment wordt de installatie van de gebroeders Smits uit Wanroij in Wilbertoord opgestart. Alles bij elkaar meer dan 7 megawatt aan elektriciteit. Of 7000.000 watt. Hierop kun je dus 70.000 lampen van 100 watt laten branden. Een gezin gebruikt gemiddeld 400 watt per uur. De Wanroijse boeren voorzien dus ongeveer 17.500 woningen van groene stroom. Dat is meer dan de behoefte in de gemeenten Sint Anthonis en Mill & Sint Hubert bij elkaar. Over 30 a 40 jaar is er naar verwachting geen aardgas meer beschikbaar. In die tijd moeten we dus overschakelen van aardgas naar biogas. Dat betekent dat er de komende jaren nog vele duizenden installaties in Nederland gebouwd moeten worden willen we het huidige netwerk voor aardgas blijven benutten. In Duitsland zijn al meer dan 3000 installaties gebouwd vooral door de stimulans van de regering. Omdat men er mee vertrouwd is worden biogasinstallaties daar ook in woonwijken gebouwd. Het grote voordeel is dat de restwarmte dan benut kan worden om woningen te verwarmen. In Nederland zijn we nog niet zo ver. Hier valt deze innovatie nog in de NIMBY (Not In My Back Yard) categorie. Men is bang voor stank. Wat overigens onterecht is. Want bij het proces komt geen geur vrij omdat het proces anaëroob verloopt. Waar geur bij vrij kan komen zijn de producten die de installatie in gaan. Door de hele installatie in een gebouw te zetten en de lucht van het gebouw af te voeren door de gasmotor, die de elektriciteit maakt, worden alle geurstoffen verbrand. Op dit moment moeten grote installaties op industrieterreinen gebouwd worden. Het zou beter zijn om deze installaties te bouwen op een plaats waar veel warmte vraag is zodat de warmte die vrijkomt bij het koelen van de motor benut kan worden. Bijvoorbeeld een kassencomplex. De huidige regelgeving voorziet hier niet in. Dit is voor een 1 megawatt installatie (gemiddelde installatie) een derving van inkomsten van meer dan 100.000 euro per jaar en het veroorzaakt veel onnodig transport wat weer extra CO2 en overlast op de wegen tot gevolg heeft. De overheid heeft er dus zelf alle belang bij om de regel, dat biogasinstallaties op industrieterreinen gebouwd moeten worden, aan te passen. Hieronder een artikel uit de Gelderlander over de moeizame tocht om een tweede biogasinstallatie op industrieterrein Het Molenveld in Wanroij te realiseren.

Als relatief milieuvriendelijk alternatief voor fossiele brandstoffen lijkt bio - energie de toekomst te hebben.
Op Het Molenveld in Wanroij is zo'n biogasinstallatie in bedrijf, die luistert naar de naam Cleanergy. Het is de bedoeling dat daar binnenkort een tweede bijkomt, op termijn misschien gevolgd door een derde. Een aantal bewoners en bedrijven uit de omgeving is minder gelukkig met deze ontwikkelingen. Het opwekken van biogas ruikt namelijk. Daarom gingen ze in beroep bij de Raad van State toen de gemeente de Coöperatie Beheer Mineralen U.A. (COBEMI) de benodigde milieuvergunning voor een dergelijke co-vergistingsinstallatie voor mest en bermgras verleende.In Den Haag meldden de omwonenden dat de eerdere installatie van Cleanergy aanmerkelijk meer stankhinder veroorzaakt dan in eerste instantie werd aangenomen. Staatsraad Hammerstein vroeg zich bij voorbaat af of een groot deel van de bezwaarmakers wel recht van spreken had. Nadat de raad eerder een streep door de oorspronkelijke vergunning voor Cobemi had gehaald, hadden ze immers niet wederom hun bedenkingen tegen de herziene versie kenbaar gemaakt. Volgens de betrokkenen kwam dat omdat ze niet allemaal waren ingelicht. De hoogste bestuursrechter bepaalt binnen enkele maanden of de formele en inhoudelijke bezwaren tegen de nieuwe vergunning zwaarwegend genoeg zijn om die opnieuw op losse schroeven te zetten. Gelderlander 9 juni 2007.

vrijdag, juni 08, 2007

 

Proef Boekel: netwerk rond energie boeren

Vorig jaar, kort na de zomer, heeft het streekhuis op verzoek van de gemeente Boekel ondernemers in Boekel benaderd met de vraag of ze in een energienetwerk wilden gaan samen werken. De ondernemers hadden een positieve grondhouding mits er een substantieel economisch voordeel te halen zou zijn. Het streekhuis heeft vervolgens DLV een offerte laten maken voor een haalbaarheidsberekening. Omdat het streekhuis zelf geen budget heeft is een beroep gedaan op de provincie om de berekening te financieren. De provincie toonde belangstelling maar wilden dat de offerte aangepast werd. Na de aanpassing had de provincie de wens om eerst deskundigen te raadplegen. Het streekhuis heeft daarvoor een expertmeeting georganiseerd in het gemeentehuis van Boekel. We verwachten nu dat het benodigde budget snel beschikbaar komt en dat we aan de slag kunnen. Het doel is een document op te stellen wat het rendement in beeld brengt en ondernemers in Boekel stimuleert om te investeren in innovatieve energie ontwikkeling.

Het volgende artikel verscheen vandaag over dit onderwerp in het Brabantsdagblad editie Uden/Veghel.

De gemeente Boekel vindt dat boeren meer moeten gaan samenwerken om energie te besparen. Daarom doet het Streekhuis Peel&Maas (overlegorgaan van gemeenten, provincie en ondernemers) een onderzoek naar zo'n samenwerking onder de naam 'Farm Energy Network', oftewel energie netwerk boeren.

De aandacht richt zich hierbij op het benutten van warmte en CO2 die bijvoorbeeld varkensbedrijven en champignonkwekerijen over hebben, voor bedrijven die de warmte en CO2 juist goed kunnen gebruiken zoals de glastuinbouw. Energie is een kostbare productiefactor in de tuinbouw. CO2 is gewilde voeding voor planten en wordt dan tevens omgezet in zuurstof.Volgens Twan Goossens, streekmanager van Peel&Maas, is Boekel bij uitstek geschikt omdat de gemeente zelf al heel actief is op het gebied van reconstructie van het platteland en omdat in het gebied de kassen en varkensboeren dicht bijelkaar zitten.

Ook heeft de gemeente samen met Horst de grootste champignonkwekerijen in de omgeving. "Dat maakt het idee ook kansrijk", concludeert Goossens. "Verder is het bijzonder dat het in Boekel ook gaat om reeds bestaande bedrijven die we aan elkaar willen koppelen. De overheid zal het aan elkaar koppelen van agrarische bedrijven zeker willen stimuleren maar ook de ondernemers moeten er geld mee kunnen verdienen. Schaalvergroting en innovatie worden de komende jaren steeds belangrijker", stelt Goossens. Volgens de overheid zijn we over 30 á 40 jaar door de gas- en olievoorraad heen. Goossens: "We zullen dus alternatieven moeten bedenken. Het ontwikkelen hiervan is een moeizaam proces wat je niet steeds voor je uit moet schuiven. We moeten een keer aan de slag, al is het maar om van te leren."Op korte termijn zal er een opdracht gegeven worden voor een haalbaarheidsonderzoek aan DLV Bouw, Milieu en Techniek BV uit Uden. "Daar is geld voor nodig en wij hebben zelf geen budget, dat moet van de provincie komen en die gaat niet over één nacht ijs", aldus Goossens.

Om de provincie te overtuigen was er onlangs een bijeenkomst van deskundigen in het gemeentehuis van Boekel. Ongeveer veertien personen, met ieder hun eigen vakgebied, bijvoorbeeld op het gebied van biogas of bouwkunde, kwamen tot de conclusie dat het idee van samenwerken kansrijk is maar dat het nog wel goed bekeken moet worden of het financieel haalbaar is.Onder andere de Boekelse groentekwekerij Tielemans en de daarnaast gelegen varkenshouderij zouden in aanmerking kunnen komen voor het project. Volgens Goossens is het project 'Farm Energy Network' er een met een zeer hoog ambitieniveau.
Agrariërs moeten meer samenwerken om energie te sparen.Warmte en CO2 die het ene bedrijf over heeft kun je benutten in het andere.Dat kan o.a. door gebruik te maken van een WKK, een Warmte Kracht Koppeling.Die zet biogas, gewonnen uit een biovergister, om in electriciteit.Ook het vrijkomende gas (CO2) wordt gebruikt. Brabantsdagblad 8 juni 2007.

 

Tielemans maakt voor 3300 gezinnen electriciteit in Boekel


Biogas van boer naar tuinbouwkas

"Iedereen denkt, die doet het goed, hij zet er weer een paar hectare kassen aan, maar eigenlijk is het pure armoede", vertelt René Tielemans, eigenaar van de gelijknamige groentekwekerij aan de Neerbroek in Boekel. "Vroeger waren de marges op de producten vaak hoger. Als we nu één cent op een komkommer kunnen verdienen zijn we blij. Daarom moeten we veel meer stuks produceren om toch het hoofd boven water te kunnen houden.".

Hiermee geeft René duidelijk de problemen van de hedendaagse agrarische ondernemer weer. Om te kunnen concurreren met het buitenland moeten ze aan schaalvergroting doen of steeds slimmer en innovatiever gaan werken om de kostprijs van de producten te drukken. Wat betreft innovatie is René, die het bedrijf zo'n zeven jaar geleden overnam van zijn vader, al goed op weg. Onlangs liet hij een WKK plaatsen, een Warmte Kracht Koppeling. Deels voor het milieu, maar vooral ook om er zelf wat mee te kunnen verdienen. "De energiekosten drukken zwaar op de kostprijs, dus alles wat we daar op kunnen besparen is meegenomen", zegt hij. Tielemans bezit drie hectare kassen. Van eind augustus tot half januari heeft hij tomaten in de kas en de andere helft van het jaar komkommers. De kassen zijn goed voor een verbruik van 40 kuub gas per vierkante meter.

Dat is ongeveer voor 300.000 euro aan gas per jaar. De gloednieuwe WKK, een enorme 1.6 megawatt motor, zet op een milieuvriendelijke manier gas om in electriciteit. De stroom die opgewekt wordt, is genoeg voor 3300 huishoudens op jaarbasis. Om even aan te geven, in Boekel wonen er 2700. "Er wordt nu ook op diverse plaatsen stroom geproduceerd, alleen wordt het warme water dan geloosd in rivieren en worden de uitlaatgassen de lucht in geblazen." Hierin zit volgens Tielemans voor hem juist de winst. Niet in het opwekken van stroom. "Wat er aan de voorkant in gaat aan gas komt er aan de achterkant voor hetzelfde bedrag weer uit aan stroom", verduidelijkt hij. De CO2 (kooldioxide) daarentegen, die vrijkomt tijdens de verbranding, is een zeer gewilde meststof voor planten. De CO2 wordt in het systeem van Tielemans, door middel van een buizennetwerk, afgevoerd naar de kassen. Ook wordt het water dat gebruikt wordt om de motor te koelen, en daardoor opgewarmd wordt tot zo‏n 90 graden, gebruikt als verwarming in de kassen. De warmte wordt opgeslagen in een geïsoleerde buffertank.

Op deze manier kan overdag wanneer er meer behoefte aan stroom is en de stroom ook duurder is, stroom opgewekt worden en ‏s nachts kan de warmte gebruikt worden. "‏s Nachts gaat de motor uit", vertelt Tielemans. "Dan hebben de planten geen CO2 nodig". De fotosynthese vindt namelijk overdag plaats: planten maken met behulp van zonlicht van water en kooldioxide suikers. Als 'afval' komt dan zuurstof vrij.Het zou helemaal mooi zijn volgens Tielemans om de gasleiding te vervangen door bijvoorbeeld een biovergister. Dat is een installatie die biogas wint uit een mengsel van mest en organische stoffen. "Wij zouden bijvoorbeeld samen kunnen werken met een varkenshouderij in de buurt. Die plaatst een biovergister en levert ons het milieuvriendelijke gas. Dan produceer je echt groene stroom", aldus Tielemans. Deze samenwerking tussen verschillende ondernemers wil de overheid graag promoten.

Tielemans ziet hier zeker de voordelen van in, maar heeft ook nog zijn twijfels. "Je levert wat zelfstandigheid in. En stel dat de prijzen voor electriciteit kelderen, wat dan? Dan is het ineens niet meer rendabel. En hoe zit het met de verantwoordelijkheden? De ene boer gooit bijvoorbeeld een rotte bloemkool in de biovergister en bij de andere boer worden de planten ziek, wie is dan verantwoordelijk? Er zit nog veel ruis op de lijn." - Voor geïnteresseerden houdt Tielemans Groentekwekerij zondag 17 juni, van 11.00 uur tot 17.00 uur, een open dag. Brabantsdagblad 8 juni 2007.

donderdag, juni 07, 2007

 

Nieuwe website Peel & Maas


www.reconstructiepeelenmaas.nl

 

Streekhuis werkt samen met dagblad Gelderlander


Mayan en Mart Boonen klopte bij de gemeente Sint Anthonis aan omdat ze graag een andere bestemming op hun voormalige café/zaal wilde. De gemeente wil graag de bestemming handhaven en verwees ze naar het streekhuis. De Gelderlander herkende hier een 'krantgeniek' onderwerp in en maakt uitvoerig verslag van de zoektocht naar een nieuwe ondernemer ondersteund door de streekmanager. Zie de speciale website die de Gelderlander hier voor maakte.


http://www.gelderlander.nl/maasland/08/onsgenoegen/

woensdag, juni 06, 2007

 

Botsend beleid extra sneu voor onderneemsters


Hondenopvang Oeffelt
Ooit begonnen twee ondernemende dames in Oeffelt met het aan de lijn uitlaten van honden. Samen met de gemeente Boxmeer gingen ze op zoek naar een geschikte locatie die men vond op voormalige stortplaats De Meldert in Oeffelt. Past precies in het beleid van de provincie zou je denken want die ziet graag gesloten stortplaatsen hergebruikt worden. Ware het niet dat er inmiddels op de voormalige stortplaats bomen gegroeit zijn. Omdat stukjes bos zonder specifieke bestemming automatisch als GHS (Groene Hoofd Structuur) aangewezen worden, wordt deze activiteit slechts nog tijdelijk toegestaan. De enthousiaste onderneemsters moeten dus weer op zoek naar een alternatief. Hier hebben ze inmiddels de afgelopen twee jaren veel energie ingestoken. Ze hopen nu een geschikte plaats in Rijkevoort gevonden te hebben. Gek eigenlijk want op zich is de Meldert een ideale plaats. Het is niet de eerste keer en zal ook niet de laatste keer zijn dat het ene beleid (hergebruik maken van voormalige stortplaatsen) bots met het andere beleid (geen activiteiten in GHS). Het is extra sneu voor de onderneemsters dat er geen aantoonbare reden is waarom het bosje ooit GHS geworden is. Dat was namenlijk het gevolg van een administratieve handeling van de provincie waarbij stukjes bos, ook al is het op een oude stort, automatisch GHS werden.


Busje staat klaar

Willen alle reizigers met de lijndienst Oeffelt - Haps één voor één instappen en rustig een plekje zoeken in een van de dertig benches. Je hoort ’t Anuska van den Boogaard van Hondenuitlaatservice D’n Uutloat (zie foto) zeggen.

Sinds kort heeft het Oeffeltse bedrijf van Van den Boogaard en Isabelle Janssen de beschikking over een oude SRV - bus, die tot voor kort dienst deed als afvalinzamelingsbus. Het oude busje met trailer was te klein. Met de ‘nieuwe bus’ worden elke doordeweekse ochtend meer dan twintig trouwe viervoeters opgepikt bij de A73 - afslag Haps voor een dagje lekker ravotten in een speelbos van een halve hectare bij Oeffelt. Wellicht eind dit jaar nog pendelt de SRV - bus tussen Haps en Rijkevoort. Dan hopen Isabelle en Anuska bij Rijkevoort een speelweide van ruim een hectare te betrekken. „De dagopvang van honden wordt steeds populairder“, zegt Isabelle. Gelderlander 20 maart 2007.

 

Geurnota Mill - Landerd


Inwoner met neus voor stank krijgt ook stem in geurnota

Vier inwoners uit Mill en Sint - Hubert en vier Landerdenaren mogen plaatsnemen in een klankbordgroep die de gebiedsvisie Geur uitwerkt. Dit hebben beide gemeenten besloten.

Met de burgerbijdrage wordt de stank die intensieve veehouderijen in Landbouwontwikkelingsgebied Graspeel veroorzaken, in kaart gebracht. De groep gaat veertien personen tellen. De overige zes plekken worden ingenomen door vertegenwoordigers van de ZLTO, het Toeristisch Platform en natuur- en milieuorganisaties.De veertien bespreken het onderwerp in vier bijeenkomsten. Als data zijn 20 en 27 juni, 22 augustus en 20 december geprikt.Aan de geurnota wordt al gewerkt. De resultaten van de besprekingen worden erin opgenomen. Zo nodig, wordt de visie bijgesteld.- Wie wil discussiëren, kan zich tot 13 juni aanmelden bij de Landerdse ambtenaar Nicolien van den Berg, tel. 0486-458164. Gelderlander 6 juni 2007.

 

Groene Raffinaderij Haps



Een jaar geleden is het streekhuis een project gestart "Groene Raffinaderij". De aanleiding was de wens van veehouders in de regio om het overschot aan mest op een economisch rendabele en milieu vriendelijke wijze te verwerken. In eerste instantie werd de aandacht gericht op bioraffinage. In een latere fase werd daar afvalmining aan toegevoegd gezien de mogelijkheden op de beoogde locatie in Haps en het feit dat afvalmining voor een deel ook uit bioraffinage bestaat waardoor processen gebundeld kunnen worden. Of en hoe zaken het best aangepakt kunnen worden wordt de komende weken beschreven in een zogenaamd 'positionpaper'. Voor de inhoud zijn verantwoordelijk prof. Daey Ouwens van TU/e en prof. Sanders van Wageningen Universiteit.

Met name afvalmining is recent volop in het nieuws gekomen. Meer hierover in het volgende artikel.

Of klik op deze link:
http://reconstructiepeelenmaasnieuws.blogspot.com/2006/06/groene-raffinaderij.html

Afgraven Hapse belt stap dichterbij

Cuijk gaat onderzoeken of de Hapse vuilnisbelt afgegraven kan worden. De Cuijkse raad stelde zich maandagavond vierkant achter een motie op waarin om zo'n onderzoek werd gevraagd.

Het college toonde zich bereid die motie uit te voeren.
De motie van de coalitiepartijen (CDA, PvdA, GroenLinks) kreeg een warm onthaal, ook al houden de fracties en het college verschillende interpretaties achter de hand. Dat gaat dan vooral over de eventuele gevolgen die afgraven van de belt, afvalmining genoemd, kunnen hebben voor het regionaal industrieterrein bij Haps.

Bewoners van Haps hopen dat het stuk grond onder de belt, dat na afgraven vrijkomt, bij het regionaal industrieterrein getrokken wordt. Dan zou dat laatste terrein verder van de bebouwde kom van Haps kunnen komen, een vurige wens van veel Hapse inwoners.

Burgemeester en wethouders zien een onderzoek naar afvalmining vooral zitten vanuit milieu-oogpunt en koppelen het liever los van het industrieterrein Laarakker.

Ook de fractie van de PvdA is daar heel duidelijk over: "Laarakker gaat gewoon door", aldus fractievoorzitter Jan Oosterwijk. "Als er op termijn grond vrijkomt door een eventuele afgraving, dan kan die misschien bij Laarakker worden betrokken."

Fracties als de VVD en PLC'93 maken de koppeling met Laarakker wel. Michiel van Veen (VVD) had het liefst staande de raadsvergadering de grenzen van het toekomstige bedrijfsterrein vastgesteld. "De Hapse inwoners hebben recht op duidelijkheid", aldus Van Veen. Hij vindt ook dat een eventuele afgraving van de belt de schaal van Cuijk overstijgt. "Het moet niet zo zijn dat wij straks met alle kosten zitten. Het is een regionale stortplaats dus betrek de andere gemeenten erbij."

De fractie die de afgraving op de agenda heeft gezet, D66 (de partij organiseerde vorige week een thema-avond over afvalmining, GF), is blij dat het college een draai van 180 graden heeft gemaakt. " Als dit doorgaat, is dat ook heel goed voor het aanzien van Cuijk." Gelderlander 6 juni 2007.

dinsdag, juni 05, 2007

 

Gezocht: ondernemer met pit



Prima pand zoekt ondernemer met pit


door Geurt Franzen
RIJKEVOORT - Als dorpscafé heeft Ons Genoegen in Rijkevoort geen toekomst. Maar een pand met zoveel mogelijkheden zou een oppepper kunnen zijn voor de leefbaarheid van het platteland. Gezocht: (aankomend) ondernemer met een goed idee.

Gezocht: ondernemer met pit en een goed idee. Aangeboden: prima pand met mogelijkheden. Meestal gaat het andersom. Vaak gaat een ondernemer met een goed, doorberekend plan op zoek naar een pand. Of een terrein waar hij of zij een pand kan neerzetten. Dan start de volgende fase: wat mag wel en wat mag niet op die locatie? Bestemmingsplan, milieuvergunning, bouwvergunning, bureninspraak, maken van een lange weg soms een lijdensweg. Nu wordt de weg andersom bewandeld. Nu zoekt een prima pand een geschikte ondernemer. We hebben het over een café in het buitengebied van Rijkevoort. Om precies te zijn: het heet er Rijkevoort-De Walsert. Een buurtschap die, in tegenstelling tot het dorp Rijkevoort, niet bij Boxmeer maar bij de gemeente Sint Anthonis hoort. Het café, 100 vierkante meter groot, heeft een zaal van 180 vierkante meter en ligt aan de Papenvoortsedijk, de doorgaande weg van Rijkevoort naar Wanroij.

Boven de zaal bevindt zich een immense, goed begaanbare zolder, geschikt voor diverse toepassingen. Lijkt wel een makelaarsadvertentie, horen wij u denken. En inderdaad, de eigenaren van het pand, Mayan en Mart Boonen, hadden daar ook voor kunnen kiezen. Bordje ‘Te koop’ in de voortuin, wachten op een kapitaalkrachtige koper en zeg maar dag met je handje. Nergens omkijken naar. Maar zo zitten Mayan (52) en Mart (55) niet in elkaar. Belangrijker nog: voor het echtpaar is het voormalige cafébedrijf niet zomaar een stapel stenen. Ze hebben hun hart eraan verpand en willen dat het een fatsoenlijke bestemming krijgt. Er staat niet voor niets ‘Ons Genoegen’ op de voorgevel. Want genoegen hebben de twee er veel mogen smaken. Ze zijn weliswaar niet de oprichters van het buurtcafé, dat er al meer dan vijftig jaar staat, maar gedurende de vier jaren dat ze uitbaters waren van de zaal, hebben ze dat met heel veel plezier gedaan.

In 1998 zijn ze gestopt. „Het werd toch te veel”, zegt Mayan Boonen. „We hadden allebei ook nog een baan en deden de zaal, waar je terecht kon voor bruiloften en partijen, erbij. Het café was nauwelijks nog geopend, dat was niet rendabel.” De Boonens wonen in een huis naast het etablissement. Onder hetzelfde dak. Dagelijks loopt Mart door het café, door de zaal. Hoeveel ideeën hebben ze al niet gehad. Het pand biedt zoveel mogelijkheden. Steeds weer stuitten de Boonens op die ene blokkade: wil je het pand goed gebruiken, dan moet je er iets in ondernemen. En ondernemen, daar hebben de twee geen zin meer in. „Het zou wel hartstikke leuk zijn om dat van dichtbij mee te maken”, zegt Mart. „Zien hoe iemand anders met een goed idee van het pand een goedlopende onderneming weet te maken.” Vooralsnog willen ze het pand ook niet verkopen; ze hopen op een ondernemer met pit die het wil huren. Ze zijn niet de enigen met die droom. Ook de gemeente Sint Anthonis vindt dat het pand de bestemming die het volgens het bestemmingsplan heeft, moet houden.

Want, zo zegt Pierre Bos, wethouder van Sint Anthonis, een horecabestemming in het buitengebied is zeldzaam. „En voor wonen zijn in principe de dorpskernen bedoeld.” Vandaar dat de gemeente niet wil meewerken aan woningsplitsing, een idee dat het echtpaar ook nog heeft geopperd. Niks daarvan, zegt de gemeente. „We willen dat de huidige bestemming, als het enigszins mogelijk is, gehandhaafd blijft. Daar is de leefbaarheid van De Walsert meer bij gebaat.” Een op toeristen gerichte onderneming, dat zou wat Bos betreft een ideale invulling zijn van het leegstaande pand. Ook Tonny Roelofsen-Van Tienen, buurvrouw van de Boonens, hoopt vurig op een levendige nieuwe bestemming van het oude café. Haar familie heeft het café decennialang geëxploiteerd. Ze ondersteunt de oproep voor ideeën en ondernemers van harte. „En ik denk dat mijn hele familie er achter staat. Het zou zonde zijn als dit mooie pand leeg blijft staan.” Gelderlander 30 mei 2007.
Pand en idee bij elkaar brengen

BOXMEER/RIJKEVOORT - Het project 'Ons Genoegen' heeft tot doel een goed pand en een goed idee bij elkaar te brengen. Achterliggende gedachte is dat als er weer leven in de brouwerij komt in het voormalige café, daarmee de leefbaarheid van het platteland wordt vergroot.



Het interieur van het voormalige café Ons Genoegen aan de Papenvoortsedijk in Rijkevoort is nog geheel intact. Foto Ed van Alem

Op die manier wordt het een project dat als voorbeeld kan dienen van een reconstructieplan. De reconstructie - voor deze regio geldt het reconstructieplan Peel en Maas - is opgesteld om het platteland grotendeels opnieuw in te richten. Een andere rol van de agrariër op het platteland, meer ruimte voor natuur, recreatie en toerisme en het concentreren van bio-industrie op bepaalde plekken, zijn enkele van de meest zichtbare gevolgen van het reconstructieplan.Twan Goossens begeleidt als streekmanager reconstructie een aantal projecten. Met name die waarin de sociale aspecten een grote rol spelen. Goossens zal samen met de eigenaren van Ons Genoegen de ideeën voor het pand beoordelen. Hij is ook beschikbaar voor het geven van advies aan mensen die met een vaag idee rondlopen en niet precies weten hoe ze het moeten uitwerken. De Gelderlander neemt deel aan het project 'Ons Genoegen' om van nabij verslag te kunnen doen van een reconstructieproces. De reconstructie van het platteland krijgt zo voor de lezer een gezicht, zo is de verwachting. Wie ideeën heeft voor het pand Ons Genoegen, wordt van harte uitgenodigd die in te dienen. Het mogen volledig uitgewerkte plannen zijn, maar ook ideeën die nog geen half A4'tje beslaan zijn welkom.- Meer informatie bij de streekmanager reconstructie Peel en Maas, Twan Goossens, tel. 06-51631647.

 

Luchtwassers in Mill


'Wassers' tegen ammoniakstank

Kippenhouders en varkensmesters in Mill en Sint - Hubert kunnen waarschijnlijk meedoen aan een project dat de uitstoot van ammoniak en geur - , stof - en broeikasgassen met 85 procent terugdringt. Hiernaar streeft wethouder Carel van Genugten van Milieu.

De gemeente overweegt een project in te voeren dat al draait bij drie boeren in Gemert-Bakel. De Millse milieuwethouder, CDA'er Harrie Verkampen, is er lyrisch over.Het stankreductieconcept is een initiatief van het ministerie van Landbouw. Het departement geeft subsidies aan deelnemende lokale overheden. In stallen van pluimveehouders en varkensboeren worden 'wasmachines' geplaatst die de lucht op chemische en biologische wijze reinigen. De apparaten kosten 100.000 euro per stuk.In Gemert loopt de pilot sinds 2006. Lang genoeg om een conclusie te trekken, vindt Verkampen. "Het is een succes. Vroeger had je al problemen bij pluimveestallen die op tweehonderd meter van de kom lagen. Nu ruik je haast niks meer op vijf meter afstand.

"In Gemert hebben 25 boeren belangstelling voor het project. Dat aantal komt neer op 95 procent van de plaatselijke agrariërs met uitbreidingsplannen. PvdA-fractievoorzitter Wim van Happen las bij toeval over het fenomeen. "Is dit niet iets voor ons? ", vroeg hij Van Genugten tijdens de raadsvergadering. De wethouder zei op de hoogte te zijn van het initiatief. Sterker: hij kon melden dat hij al gesproken had met zijn Gemertse collega-portefeuillehouder en partijgenoot. " Voor ons is dit project ook interessant, omdat wij bedrijven in het reconstructiegebied LOG Graspeel hebben zitten. Van belang is dat zij straks een minimum aan gassen uitstoten."

Als Mill het rijksproject tegen ammoniakstank omarmt, dan hoeft er niet in de buidel te worden getast. Provincie en rijk stellen geld beschikbaar; gemeenten dienen er enkel ambtenarenuren voor te reserveren. Volgens Verkampen wegen de nadelen – de hoge aanschafprijs van de luchtwassers, gekoppeld aan de stijgende energiekosten – niet op tegen het voordeel: kleinere stankcirkels. „Doen, dus; zeker nu het ministerie duurzame landbouw bepleit. Bovendien kweken boeren er goodwill mee bij de bevolking. Bijkomstige bonus: de investering betaalt zich na drie jaar terug, onder meer omdat de vrijkomende warmte kan worden gerecycled.” Als het aan Van Genugten en Van Happen ligt, geeft Mill hiermee een schot voor de boeg. Varkens- en kippenhouders kunnen zich op de ‘wassers’ voorbereiden. Gelderlander 5 juni 2007

zaterdag, juni 02, 2007

 

Kunstproject Overloon: Bovenloon

Reconstructie is meer dan je ziet maar ook meer dan je denkt. Het gaat over de leefbaarheid van het platteland. Boeren kiezen voor intensivering van hun bedrijf en verplaatsen hun bedrijf naar een Landbouw Ontikkelings Gebied (LOG). Collega boeren kiezen er voor om hun bedrijf te verbreden en diensten aan recreanten en toeristen aan te bieden. Hoe meer er te doen is hoe aantrekkelijker het platteland voor recreanten en toeristen wordt. Activiteiten zoals kunstproject Bovenloon worden dan ook zeer op prijs gesteld. In dit geval krijgt het project een steuntje in de rug door het opstellen van een persbericht door het communicatieadviesbureau van reconstructie gebied Peel & Maas, Imagro uit Ottersum.

Hoe het uitpakt kun je hieronder lezen:


Op zondag 13 mei is de beeldentuin Bovenloon voor publiek geopend. “De opening was een succes”, vertelt Kees van Boven, eigenaar van Bovenloon. “We hebben ongeveer 60 bezoekers gehad.” Het unieke aan Bovenloon is de combinatie van kunst, cultuur en natuur. Op dit moment kunnen bezoekers van de natuurtuin genieten van een beelden- en sculpturenexpositie van het internationale kunstenaarscollectief De Stenen Poort.

Bovenloon ligt aan de A73 tussen Boxmeer en Overloon, aan de rand van het bosgebied de Overloonse Duinen. Vanaf zaterdag 19 mei tot en met zondag 24 juni 2007 is er een beelden- en sculpturenexpositie. Het kunstenaarscollectief De Stenen Poort exposeert in totaal dertig beelden van vijf kunstenaars. “In de toekomst willen we verschillende thematische exposities houden in de tuin. Er komt in ieder geval een nieuwe expositie in het voorjaar en najaar van 2008.”

"Waar kunst en natuur samensmelten" Van Boven vertelt: “Bovenloon is een landschapstuin waar kunst, cultuur en natuur elkaar ontmoeten. Ons motto is dan ook ‘waar kunst en cultuur samensmelten’. Onze boerderij stamt uit 1910 en is bijna geheel gerenoveerd. De naastgelegen natuurtuin van 9000 vierkante meter is in samenwerking met Brabants Landschap ingericht en aangeplant als bos- en heidetuin. De huidige tuin van ongeveer 3000 vierkante meter is omgetoverd tot een kunst- en natuurtuin met glooiingen, kleine en grote waterpartijen, leuke doorkijkjes en verschillende inheemse struiken, bomen en planten. In de toekomst willen we de 9000 vierkante meter grote natuurtuin geheel inrichten als beeldentuin.

Helaas is dit op dit moment nog niet mogelijk. De tuin is in het kader van de reconstructie van het buitengebied aangewezen als groene hoofdstructuur. We mogen de tuin daarom op dit moment nog niet omrasteren. We zijn echter druk in gesprek met de gemeente en betrokken instanties om de bestemming te wijzigen. Al met al wordt dit project breed gedragen en ziet het er redelijk positief uit. Ludieke actie Van Boven: “Nu is er een ludiek initiatief in de beeldentuin, in navolging van een idee van de provo’s uit de jaren zestig. Zij hebben de witte fietsen bedacht die iedereen mocht pakken en stallen waar hij maar wilde. Beeldentuin Bovenloon in Overloon heeft zijn eigen variant hierop.

Bezoekers kunnen de in de tuin aanwezige witte stoelen pakken en die overal neerzetten om de kunst te bewonderen. Daarna mogen ze de stoel weer achterlaten.” De tuin is elke zaterdag en zondag geopend van 12.00 uur tot 17.00 uur. Meer informatie is te vinden op www.bovenloon.nl. Rol reconstructie Het beeldenpark Bovenloon is een reconstructieproject. Reconstructie betekent herinrichting van het buitengebied. Niet alleen qua landbouw, maar ook op het gebied van natuur, recreatie, water en leefbaarheid van de kleine plattelandsdorpen. Ondernemers, natuurorganisaties, gemeenten en waterschappen zijn nu actief aan de slag om het hele buitengebied opnieuw in te richten. “Overloon is aangewezen als een gebied waar toerisme en recreatie zich volop kunnen ontwikkelen.

In Overloon zijn dan ook veel toeristische trekpleisters zoals het Liberty Parc en het Zoo Parc. Dit is een mooie kans voor onze beeldentuin”, vertelt Van Boven. Een belangrijk uitgangspunt voor de reconstructie is dat de verbetering van de kwaliteit van natuur, landschap en milieu samengaat met verbeteringen op sociaal en economisch vlak. Van Boven: “Wat dat betreft sluit onze beeldentuin hier goed bij aan!” Bron: veghel.allesvan.nl 2 juni 2007.




vrijdag, juni 01, 2007

 

Pand zoekt ondernemer met pit


Samen met dagblad De Gelderlander is het streekhuis op zoek naar een ondernemer met pit. In Rijkevoort gemeente Boxmeer staat sinds geruime tijd het pand "Ons Genoegen", waarop een horeca bestemming zit, leeg. Afgelopen woensdag werd in De Gelderlander een oproep geplaatst. Initiatiefrijke ondernemers met goede ideeën kunnen hun plannen bij de Gelderlander indienen. Bij de streekmanager kan men terecht voor informatie. Plannen kunnen ingestuurd worden tot 1 juli a.s. Daarna volgt een opendag voor de mensen die plannen ingediend hebben. Samen met de eigenaren van het pand zal de streekmanager een selectie maken uit de meest geschikte plannen. De Gelderlander brengt verslag uit van idee tot realisatie. Op deze wijze wordt het proces van de reconstructie, hoe we werken aan de leefbaarheid van het platteland, op een aantrekkelijke wijze voor de bewoners van de regio in beeld gebracht.

This page is powered by Blogger. Isn't yours?