zondag, november 06, 2005

 

Zand in rood voor rood motor

Jarenlang is er alleen over gepraat: breek lege veestallen in het Brabantse buitengebied af om te voorkomen dat zij verworden tot broeinesten van illegaliteit. Maar er gebeurde niets, want onbetaalbaar. Tot provinciebestuurder Pieter van Geel met de huizen-voor-stallen-regeling voor een doorbraak zorgt.

Het idee is verrassend simpel: laat de rijken ervoor betalen, door ze een riante bouwkavel voor een landhuis op een lommerijke plek aan te smeren. Van Geel weet banken en vastgoedbedrijven mee te krijgen. De ontwikkelingsmaatschappij Ruimte voor Ruimte garandeert dat de provincie de subsidies vergoed krijgt die het aan boeren uitkeert voor stallensloop. Voor het binnenhalen van de bouwlocaties wordt Hans Dona ingehuurd. Deze ex-wethouder van Den Bosch weet uit ervaring hoe je een gemeente daarvoor moet meekrijgen. Even een jaartje warm draaien en dan gaat de kavelmachine van Ruimte voor Ruimte draaien: 150 percelen per half jaar zouden er over de toonbank gaan. Er wordt al gefilosofeerd welke mooie dingen nog met de overwinst voor het buitengebied kunnen worden gedaan. Na vier jaar is van dit scenario weinig meer heel.

De ontwikkelingsmaatschappij heeft nog maar 191 landhuiskavels verkocht, terwijl al bijna 85 miljoen sloopkosten aan de provincie is overgemaakt. Dat moeten er 770 worden. Vervolgens zijn er 950 kavels te gaan voor 95 miljoen euro aan sloopkosten. Met dit tempo is Ruimte voor Ruimte al lang bezweken onder de renteIasten voordat de broodnodige kavels aan de man zijn gebracht. En is bijkans twee miljoen vierkante meter gesloopte stallen er al lang weer bijgebouwd. Zeker met de schaalvergroting van de intensieve veehouderij die zo royaal wordt gefaciliteerd in de reconstructieplannen. Ruimte voor Ruimte presteert dus verbazingwekkend weinig, ook als je rekening houdt met de stroperige procedures waarin dit land groot is. Dat er iets hapert met de aansturing van de firma, is duidelijk. Dona en mededirecteur Corten lopen elkaar voor de voeten en zijn te duur voor een bedrijf in problemen. Een van de twee zal het veld moeten ruimen, zo heeft provinciebestuurder en ex-manager van Beter Bed Paul Rüpp geconcludeerd.

Het tempo moet omhoog en daar gaat de provincie voor zorgen. Met een last van 95 miljoen euro op de schouders, heeft zij nu ook een direct eigen belang om de teugels voor burgerbebouwing in het buitengebied strak te houden en zo te voorkomen dat de markt voor landhuizen in elkaar klapt. Sterker nog: mocht de provincie dit restrictieve beleid loslaten dan kan dat resulteren in een schadeclaim van de eigen ontwikkelingsmaatschappij. Deze situatie nodigt niet uit tot een kritische opstelling jegens bouwprojecten die Ruimte voor Ruimte aan de praat moeten houden. Hoewel dat risico van het begin af aanwezig was, beginnen de belangen onder de druk der omstandigheden wel erg verstrengeld te raken.

De nadelen van het zo veelbelovend gestarte project overschaduwen thans de voordelen. De erfenis van Pieter van Geel wordt een molensteen om de nek van zijn opvolger Rüpp, terwijl de staatssecretaris van Milieu worstelt met de luchtkwaliteit en ons van de ’olieverslaving’ probeert af te krijgen. Een ondankbare taak, maar Van Geel houd de moed erin. Verstandig als je namens de Europese Unie de onwillige Bush-administratie in de olieslurpende States moet zien te winnen voor een energierevolutie die nodig is om de wereldeconomie duurzaam te krijgen en daarmee ook de armoede te bestrijden. Een eervolle doch kansloze excercitie, terwijl hij het binnenslands al zo moeilijk heeft. Nota bene zijn Brabantse CDA-broeder Rüpp verkondigt in woord en geschrift luidkeels (vandaag in het Brabants Dagblad) dat Van Geel met zijn aanpak van het fijnstofprobleem het bouwen in Brabant onmogelijk maakt. Inmiddels maakt ook de Tweede Kamer gehakt van zijn luchtkwaliteitsplan. Zo zit alles mee en nu zit het voortdurend tegen. Brabantsdagblad 4 november 2005





<< Home

This page is powered by Blogger. Isn't yours?